Moeder, ik ben bang (monster in huis)


Moeder
ik ben bang.
Er is een monster in huis.
Ik weet niet
waar hij is.
Ik denk
dat hij onder mijn bed zit,
maar zeker ben ik niet.
Neen
ik hoor niets
maar ik denk
dat hij zich stil houdt
om niet ontdekt te worden.

Moeder
ik ben bang
Er is een monster in huis
Ik weet niet
waar hij is,
Ik houd me stil
en maak me klein.
Ik denk dat hij me zoekt
en zich afvraagt
waar ik toch kan zijn.

Moeder
ik ben bang
maar ik weet ook wel
dat er niet echt
een monster is
Ja, ik ben bang
en ik weet niet
waarom.
Er is niet echt een reden.
Maar vorige week
vertelde Emily
dat haar ouders  
uiteen gaan
omdat ze
zo veel ruzie maken.
Ja,
dat vertelde ze
vorige week.
Het maakt me bang,

Moeder
ik ben bang
en ik vraag me heel de tijd af,
gaan jullie
ook uiteen gaan?
Jullie lachen
nooit nog eens.
En de stilte aan tafel
herinnert me er aan
dat jullie vroeger
lief waren voor elkaar
en met elkaar praatten,
maar dat doen jullie
de laatste tijd
ook niet meer.

Nu en dan een ruzie,
ja,
dat hoor ik
tot in mijn bed.
Ik houd me dan stil,
en hoop dat het monster
mij niet vindt.