Zo dicht mogelijk

En de dokter zei
Het is zeer ernstig.
Het lijkt er op dat
de chemo
bij hem
niet aanslaat.

Mijn vrouw begon te wenen.

Ik vroeg de dokter
Kan hij nog genezen?
Hij keek naar mijn vrouw
en zei
Ik haal de psychologe
er even bij.

De dokter verdween
en kwam even later terug
met een jonge psychologe,
nauwelijks ouder
dan onze zoon
die in het gevecht 
met een hersentumor
ten onder 
aan het gaan was.

De psychologe zei
Ja, het is ernstig.
De tumor
zal hem wellicht
fataal worden.

Ik keek naar mijn vrouw.
De tranen liepen
over haar wangen.
Haar schouders schokten
terwijl ze met haar zakdoek
probeerde haar gezicht
te drogen.
Ik aarzelde even,
maar ik wilde het weten.
Ik vroeg
hoe lang
heeft hij nog
te leven?

Toen zei de dokter,
met een knikje
naar de psychologe,
Ik laat jullie nu even
om dit samen te bespreken.
En weg was hij.
Ik denk dat
de tranen van mijn vrouw
hem te zwaar waren.

Onze zoon
is nu begraven,
en er zijn
sinds dat gesprek
in het ziekenhuis
nog veel tranen gevloeid.
Soms denk ik terug
aan die arts
die bang was
voor de tranen 
van mijn vrouw
en wegvluchtte.
De gelukzak,
heb ik wel eens gedacht,
dat hij kan wegvluchten
van te veel verdriet.

Het is gewoon
te veel verdriet.
Het mijne,
en het hare erbij.
Te veel verdriet.
Ik krijg dat allemaal
niet weggeslikt.

Ja, soms
als ik haar
weer in tranen zie,
voel ik de neiging
te vluchten,
maar ik blijf
natuurlijk
bij haar.

Natuurlijk
blijf ik.
Zo dicht mogelijk.